Op 25 juli 2020 liep een olietanker vast voor de kust van Mauritius en vervolgens begon hij olie te lekken. Véél olie.
Mauritius kondigde een paar dagen later een ecologische noodtoestand af en vroeg om hulp. Omdat de biodiversiteit, waar het eiland bekend om staat, gevaar liep. Sir David lag die nacht te knarsetanden in zijn bed.
Maar Frankrijk stuurde begin augustus zowel militaire als civiele mensen en materiaal om te helpen bij het opruimen van de troep en het inperken van de schade. Vrijwilligers en bewoners van het eiland waren toen al hard bezig met geïmproviseerd materiaal om de smurrie aan het strand weg te krijgen. Japan stuurde een team met 6 specialisten om te helpen de troep op te ruimen. India stuurde 30.000 kilo aan materiaal plus een 10 koppig team van experts om te voorkomen dat bij de onvermijdelijke breuk van de tanker de hele lading in zee zou stromen.
Er gebeurde nog veel meer, in de maanden die hierop volgden. Maar uiteindelijk werd er samengewerkt: de boodschap is dat ondanks politiek ons lijkt te verdelen, en de media dat gretig benadrukt, de essentie van de mens nog altijd is gebaseerd op die ene onverbrekelijke waarheid: alleen door samenwerking kan een mens overleven.
Bijdrage van Sásta lama